HARTELOZE PESTKOPPEN
HARTELOZE PESTKOPPEN
Blauwe plekken op haar innerlijk
diepe wonden op haar hart en ziel
‘t Altijd getreiter was onmenselijk
en nee, ze was echt geen imbeciel
Op weg naar school begon het al
als ze fietste via die drukke straat
Dan staken ze al dadelijk van wal
steeds wist ze zich dan geen raad
Eenmaal op school aangekomen
wachtte heel haar klas al op haar
Vaker had zij zich voorgenomen
zich te weren.. Vergeefs blijkbaar
Elke dag weer die treiterkoppen
maakten haar ‘t leven tot een hel
Zo graag zou zij ze raakschoppen
dan niet eentje maar het hele stel
Ja, pas in de nacht kon ze wenen
als eenmaal ‘t stil ingetreden was
Van onmacht beefden haar benen
door al die rotzakken in haar klas
Soms meende ze maar te vluchten
uitzichtloos door haar grote nood
Dan moest ze neerslachtig zuchten
je vlucht niet zomaar in de dood
Op een keer meldde mam haar af;
ze voelde zich naar en lag in bed
Ondanks de zorgen ging ‘t bergaf
ineens was dan haar dood aan zet
Heel de school ook heel haar klas
treurend rond haar diepe grafkuil
Na haar uurtje onder ‘t koude gras
stierf al in hun keel ’t droef gehuil